jan1Ooit had ik een goede vriend die hard een kamer nodig had. Ik kende Richard al ruim vier jaar, kon goed met hem opschieten en in mijn studentenhuis kwam een kamer vrij. Iedereen blij zou je zeggen. Na zijn verhuizing gingen we ’s avonds koken en aten we in mijn kamer, omdat ik nou eenmaal de grootste kamer van ons twee had.

Onze huisbaas moest Richard’s kachel nog aansluiten en de TV-kabel doortrekken, dus vroeg Richard of het goed was dat hij ’s avonds even bij mij TV keek of op de bank ging lezen. Het was winter, dus ook dat leek me geen onredelijk verzoek. Zonder kachel zat die jongen anders ook maar te blauwbekken. Al snel ging het steeds een stapje verder. Met elk nieuw verzoek groeide bij mij echter een lichte weerzin. Steeds vaker was mijn gedachte “wat nu weer” als ik zag dat Richard wat ging vragen. Eigenlijk had ik dat gewoon moeten uitspreken. Maar we waren vrienden en ik wilde ook weer geen zeurpiet zijn.

Zo ging het steeds verder. Mijn servies en bestek werden steeds vaker gebruikt, mijn CD’s en dvd’s “geleend” en mijn voorraadkast was ook opvallend sneller leeg dan vroeger. Richard hield echter slecht bij wat nou precies geleend was en daadwerkelijk van hem, dus veel spullen zag ik ook niet meer terug. ‘Nee’ zeggen voelde echter als geen optie. Ik had al zo lang alles prima gevonden… Als ik nu ineens op de rem zou gaan staan zou dat wel heel apart zijn. Vragen gebeurde trouwens ook al niet altijd meer; we waren toch vrienden? Toen op een dag mijn halve CD-rek leeg was geroofd, was de maat echter vol. Ik ging verhaal halen. Richard’s eerste reactie: “We leven nu al een half jaar zo en nu mag het ineens niet meer? Waar komt dit vandaan?”

Wat ik hierboven beschrijf, noem ik tegenwoordig de Richard-curve. Hoe langer je wacht met ingrijpen, hoe moeilijker het wordt en hoe lastiger de ander het ingrijpen nog kan begrijpen. Met agressie werkt het eigenlijk hetzelfde. Als je in een vroegtijdig stadium een milde vorm van agressie (ongeduld, rollende ogen, diep zuchten) waarneemt, dan heb je nog de wereld aan mogelijkheden om in te grijpen. Het zal je ook weinig moeite kosten om een gesprek te beginnen omdat iedereen nog laag in zijn agressie zit. Wacht je echter te lang en neemt de agressie toe, dan zul je harder moeten werken om de ander te bereiken. En dat niet alleen, het zal je waarschijnlijk ook meer moeite kosten om zelf rustig te blijven. Iemand die mild agressief is, roept tenslotte minder bij jou op dan iemand die tegen je staat te schreeuwen. Hoe langer je wacht, hoe moeilijker alles gaat worden.

De wet van de Richard-curve heb ik door schade en schande moeten leren.

The following two tabs change content below.

Jan Geerling

Als trainingsacteur kijk, weeg en schat je in wat de deelnemer nodig heeft, teruggeeft en reageert in de door ons samen neergezette situatie. Ik besef heel goed dat dit erg spannend kan zijn. Een stuk herkenbaarheid is daarom juist belangrijk. Binnen een herkenbare situatie kan de deelnemer dan eindelijk eens zeggen, oefenen en doen wat hij of zij altijd al eens had willen proberen. Het mooiste van dit vak blijft voor mij als ik merk dat iemand echt iets over zichzelf leert tijdens ons spel.

Pin It on Pinterest

Share This